Incontinentiemateriaal en kinderen met een beperking

kinderen beperking incontinentieContinentie of beter gezegd incontinentie is een begrip waar ouders met beperkte kinderen veelal mee te maken krijgen. In de eerste jaren is het normaal en geen probleem om luiers te kopen en te verschonen. Maar als de kinderen de 4 jaar zijn gepasseerd wordt het al gauw lastig. Een onderwerp met meerdere aspecten.

Zomaar een keur aan vragen die bij dit onderwerp naar boven komen. We spreken continentie-verpleegkundige Ingrid Rense die verbonden is aan het Rijndam Revalidatiecentrum in Rotterdam.

Wat is incontinentie?

Incontinentie voor urine betekent dat er sprake is van onbeheersbaar en ongewild plassen. Je kunt de urine niet ophouden. Het woord incontinentie wordt vaak, zeker bij beperkte kinderen en volwassenen, gebruikt om het onvermogen om ontlasting in de endeldarm te houden aan te duiden. In medische termen heet dit incontinentia faecalis (faeces is een ander woord voor ontlasting).

De term incontinentie is afgeleid van het Latijnse woord 'incontinens’, dat 'onbeheersbaarheid’ of 'geen controle hebben over’ betekent.


Kinderen met een beperking en incontinentie

Ingrid Rense is al 28 jaar werkzaam als schoolverpleegkundige en verbonden aan Rijndam Revalidatiecentrum in Rotterdam. Haar dagelijkse werk bestaat uit het bezoeken van kinderen op de scholen om voor hen de benodigde verpleegkundige handelingen te doen. Je moet dan denken aan sondevoedingen, katheteriseren, hulp bieden bij epilepsie, maar ook bij valpartijen. En dat is een hele planning vertelt Ingrid “alles moet steeds overal tussendoor, tussen therapieën, tussen alle schoolactiviteiten.” Daar hoort geen luiers verschonen bij. Dat doen de klasse-assistenten. Toch was het juist die veel voorkomende incontinentie die Ingrid deed besluiten een opleiding te volgen, inmiddels al weer 20 jaar geleden. We spraken toen nog van een incontinentieverpleegkundige, inmiddels ben ik een continentieverpleegkundige. Vooral omdat het ook onze taak is om mensen weer continent te krijgen.


“Die opleiding was erg op volwassenen gericht. Ik ben toen zelf gaan netwerken om heel veel over kinderen te weten te komen. Met het Sophia kinderziekenhuis maar ook met firma’s die katheters of bijvoorbeeld luiers leveren. Vanaf 2007 mocht ik als project een spreekuur hiervoor inrichten en dat heb ik nog steeds elke woensdag 3 uur lang. Dan komen ouders binnenlopen met vragen.


luiers voor kinderen

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Luiers voor kinderen

“De meeste vragen tijdens mijn spreekuur gaan over de luiers: luiers passen niet goed, lekkages, de tussenmaten van de pampers naar de XS geeft vaak veel problemen. En dan ga ik met de firma’s aan de slag om hen te stimuleren om een dergelijke tussenmaat te ontwerpen en te testen.” Ingrid vervolgt: “Vaak geef ik ouders allerlei proefpakketten mee en dan gaan ze zelf testen welke luier goed past.”

Soms krijgen mensen via de apotheek echt de meest waanzinnige ‘plastic’ en grote luiers mee. Dan wordt er niet goed gekeken welke mogelijkheden er allemaal zijn. “Ik vind luiers waar veel katoen in zit heel prettig. Het is belangrijk voor de kinderen, het zit veel prettiger dan luiers die vooral plastic zijn. Luiers met veel katoen ademen beter en zijn prettiger voor de huid.” 

Als kinderen of jongeren heel veel plassen is een booster heel handig (redactie: ik krijg een klein wit rechthoekig lapje te zien). Soms verwarren mensen dat wel eens met maandverband of een inlegger met plakrand. Maar een booster heeft geen plastic plakrand en daardoor kan het vocht er doorheen en ook in de luier terecht komen.

Soms kan het helpen om luiers anders te plakken. De meeste mensen plakken horizontaal. Maar van onder naar boven en van boven naar onder, ofwel kruislings kan heel goed werken als kinderen vaak lekkage hebben met hun luiers.


Inco's voor kinderen:


- Er zijn luiers in alle maten van XS junior tot en met maat XL.
- Luierbroekjes met of zonder pijpjes.
- Inleggers dun of dik om in ondergoed te gebruiken.
- Er zijn diverse merken zoals Abena, Absorin, Tena en DryNites.
- Wasbaar ondergoed van Underwunder .

 


Zindelijkheidstrainingen

ls het enigszins kan is het toch altijd het fijnst om kinderen zindelijk te maken. Natuurlijk kan het telkens op het toilet zetten van een lichamelijk beperkt kind erg belastend zijn voor het gezin, maar zindelijk zijn heeft teveel voordelen. Naast waardigheid en trots, weten we ook dat een luier gewoon niet lekker zit. Zeker niet op warme zomerse dagen. Kinderen hebben regelmatig infecties en de huid raakt geïrriteerd.

“Als het even kan, ga ik samen met ouders aan de slag om kinderen zindelijk te krijgen. Daar hebben we allerlei tips en trucs voor. Dingen als zithouding, klokjes, pictogrammen, soms kun je met eenvoudige tips ouders op weg helpen. Ik werk vaak samen met een ergotherapeut die kijkt naar de zithouding. We gaan dan op zoek naar een goede po-stoel of een verhoger op het toilet. Verder werk ik ook regelmatig samen met een psycholoog. Als ik kinderen heb waar meer begeleiding nodig is. En soms raadplegen we een arts omdat we ook moeten uitsluiten of er niets medisch aan de hand is.”

Ingrid kan een heleboel tips en methodes toelichten die ouders kunnen helpen om hun beperkte kind toch zindelijk te krijgen.

- Klok zindelijk. Dit is een methode waarbij ouders en verzorgers kinderen op vaste tijden, dus om de 2 à 3 uur, op de wc zetten (periode van 4 weken).
- Met pictogrammen werken om alle stappen zichtbaar te maken. Van naar de wc gaan tot aan het handen wassen.
- Goede zithouding, dus eventueel een aangepast toilet met een bril verkleiner/verhoger of een po-stoel. In onze OOKLEUK’s staat een voorbeeld van een praktische verkleiner waarin uw kind goed en veilig kan zitten.
- Een voetenbankje zodat de voeten niet bungelen van de grond en kinderen goed rechtop zitten .
- Resultaten van de zindelijkheids training zichtbaar maken met stickers en kalender op hun niveau (met daaraan gekoppeld een beloningssysteem).
- Luierbroekjes dragen, vinden kinderen vaak prettig en leuker dan een normale luier. Het broekje is een stap naar normaal ondergoed en makkelijk aan en uit te doen.
- Af en toe een dag geen luier dragen, vooral in de zomer, is ook een goede tip. Ouders en kinderen ontdekken dan beter hoelang ze droog zijn.
- Om het plaspatroon inzichtelijk te maken is veel verschonen ook een tip zodat je precies weet wanneer er geplast is.
- Zichtbaar maken van resultaten. Het is belangrijk om een kind ook te complimenteren. Je kunt ze letterlijk de poep laten zien. Maar dat kan ook met een kalender. Er zijn speciale poepkalenders (zgn. Bristollijsten).

 


Therapie voor kinderen met incontinentie

Tijdens een seminar volg ik een lezing van SeysCentra. Ook Ingrid noemt in haar gesprek deze organisatie die kinderen therapie bieden in geval van onder andere zindelijkheidsproblemen. Het zindelijkheidsteam specialiseerde zich in de afgelopen 10 jaar in het behandelen van onzindelijkheid voor urine en ontlasting, overdag en ’s nachts, bij kinderen met een verstandelijke beperking. Op de vraag die ik stel over behandeling van lichamelijk of meervoudig beperkte kinderen, krijg ik het antwoord dat ook deze kinderen behandeld kunnen worden. Dit wordt per kind bekeken en met ouders overlegd. Uit de praktijk van Ingrid Rense volgden twee kinderen van de Tyltylschool met succes de therapie. “Nu een jaar later zijn ze nog zindelijk, echt heel bijzonder”, vertelt Ingrid.


Speciaal voor incontinente kinderen ontwikkelde SeysCentra een effectieve toilettraining. De behandeling is ‘ambulant’. Dat betekent thuis of in de directe leefomgeving. Daarnaast zijn er interne zindelijkheidstrainingen. Daarbij trainen ze uw kind een week op één van de behandelcentra. Dit kan gaan om dag- of 24 uursbehandeling. Het succes van de behandelingen is wetenschappelijk onderbouwd. Onderzoek toont aan dat deze zogenaamde “respons restrictie methode” langdurig effectief is bij 71% van de behandelingen voor onzindelijkheid met betrekking tot urine overdag.

Ook binnen de methode ‘Kleine stapjes’ is een stappenplan voor zindelijkheidstraining opgenomen.

Kleine Stapjes is een early intervention-programma voor kinderen met een ontwikkelingsachterstand tot een ontwikkelingsleeftijd van vier jaar. Early intervention betekent zo vroeg mogelijk beginnen kinderen met een belemmering te helpen zich optimaal te ontwikkelen. Het programma biedt praktische richtlijnen om de kinderen in hun thuisomgeving een gerichte, alerte opvoeding te geven.

Belangrijk uitgangspunt is dat alle kinderen kunnen leren. Het kind met een verstandelijke belemmering leert langzamer, maar het kind kan net alle anderen kinderen leren.


Van kind naar jongere

Ingrid ziet op haar spreekuur ook regelmatig jongeren die darmspoelen of katheteriseren. “Ik ga dan met kinderen aan de slag om te kijken of ze dat bij zichzelf kunnen gaan doen.”

Kinderen die altijd door ouders worden geholpen, hebben vanaf de puberteit daar steeds meer moeite mee. Ingrid vertelt dat ze het fijn vindt om met deze jongeren aan de slag te gaan en te kijken hoe ze meer zelfstandig kunnen worden. En daar is best wat voor nodig. Rondom dit onderwerp bestaat veel gene, zeker bij pubers.

“Vaak zeggen ze tegen me ‘Ingrid ik wil veiligheid’, maar als ze zich katheteriseren dan is zo’n luier vaak helemaal niet meer zo nodig. En wij zeggen altijd de hele dag in een luier zitten is helemaal niet goed voor je huid. Vaak zijn het jongens en meiden (met b.v. spina bifida) met een extra gevoelige huid. Ze hebben heel snel uitslag. Een katoenen broekje met een inleggertje is dan veel lekkerder. Zeker met warm weer. Ingrid moet deze jongeren vaak over hun angst heen helpen. Bij de één gaat dat sneller dan bij de ander.


CIJFERS

Wereldwijd blijkt in alle culturen 90% van de kinderen bij 4 jaar zindelijk te zijn voor feces. Toch zijn er verschillen tussen bevolkingsgroepen: bij hetzelfde eetpatroon komt obstipatie meer voor bij blanke kinderen dan bij negroïde kinderen in de Verenigde Staten (Walker, 1985). In het onderzoek onder Amsterdamse schoolkinderen was in groep 7 de prevalentie* lager voor Marokkaanse en Turkse kinderen (respectievelijk 2,3% en 2,2%) dan voor Nederlandse kinderen (3,5%) (Wal van der, 2005). Over de oorzaken van deze verschillen is weinig bekend.

Recent onderzoek onder kinderen (2-18 jaar) met een ernstige mentale en motorische handicap liet zien dat 57% obstipatie vertoonde en 55% laxeermedicatie gebruikte. Hierbij viel op dat ondanks medicatie 30% nog steeds geobstipeerd was (Veugelers 2009). De oorzaak hiervan wordt toegeschreven aan het neurologische defect, maar ook aan de effecten van gebrekkige vochtinname, moeizaam eten en andere dieetgewoonten, zoals een lage vezelinname en/of aan de immobiliteit (gegevens via NL centrum voor jeugdgezondheid).

* het aantal gevallen per duizend of per honderdduizend op een specifiek moment in de bevolking.

 

Incontinentie komt niet alleen voor bij beperkte kinderen en volwassenen!

Urine-incontinentie is een relatief veelvoorkomende aandoening. In Nederland lijden ongeveer één miljoen mensen (750.000 vrouwen en 250.000 mannen) aan een vorm van urine-incontinentie. Boven de 40 jaar kan zelfs één op de vier mensen zijn of haar plas niet altijd volledig ophouden. Incontinentie is daarmee één van de grootste lichamelijke en maatschappelijke problemen. Het komt voor onder alle leeftijdsgroepen: bij bedlegerige, zieke, gehandicapte en gezonde mensen. Bron: www.de-Es.com:


Bristol schaal

De Bristol Stoelgangschaal of - kaart is een medisch hulpmiddel ontworpen om de vorm van menselijke ontlasting te categoriseren in zeven categorieën. De schaal die in het Verenigd Koninkrijk ook wel de "Meyers Scale" wordt genoemd, is ontwikkeld door Heaton aan de Universiteit van Bristol in 1997. De vorm van de ontlasting hangt af van de tijd dat die in de darmen is geweest.


De zeven types van ontlasting zijn:

Type 1: Losse harde keutels, zoals noten (moeilijk uit te scheiden)
Type 2: Als een worst, maar klonterig
Type 3: Als een worst, maar met barstjes aan de buitenkant
Type 4: Als een worst of slang, glad en zacht
Type 5: Zachte keutels met duidelijke randen (makkelijk uit te scheiden)
Type 6: Zachte stukjes met gehavende randen, een papperige uitscheiding
Type 7: Waterig, geen vaste stukjes. Helemaal vloeibaar

soorten ontlasting

In Nederland is de poepkalender van Movicolon erg leuk voor kinderen. Ingrid Rense adviseert deze te gebruiken om zelf inzicht en overzicht te krijgen en kinderen te stimuleren en motiveren.



Vergoedingen

Of u een vergoeding krijgt voor incontinentie materialen, ligt aan de zorgverzekeraar. Ouders kunnen dit nakijken in hun polis of bellen naar hun zorgverzekeraar.
Diverse Nederlandse zorgverzekeraars hanteren een dagprijssystematiek voor de declaratie van incontinentiematerialen. Afhankelijk van uw polis wordt een vergoeding meestal gegeven aan kinderen boven de vier jaar. Wat is de dagprijssystematiek? Dit houdt in dat de verzekeraar voor het gebruik van de materialen een vast bedrag vergoedt, wat gerelateerd is aan het profiel waarin uw kind wordt ingedeeld. De zorgverzekeraar baseert de vaste vergoeding op het gemiddelde verbruik van de materialen en de gemiddelde prijs van de materialen van de groep patiënten binnen het betreffende profiel. In ieder geval hebt u (via een continentieverpleegkundige of revalidatiearts) een machtiging nodig met een goed omschreven diagnose, met een omschrijving waarom uw kind niet zindelijk van urine of /en ontlasting is.


Bekijk ook:

Bedplassen kind - welke oplossingen zijn er? 

Welk materiaal gebruik ik wanneer ik (ook) ontlasting verlies?

Wat kunnen kinderen gebruiken bij incontinentie?

Wat is een flex? Een slip voor minder mobielen...

10 tips: Droog en zonder lekkage de nacht door...